WB-uitslag Stockholm betwistbaar

De plaatselijke favoriet Tomas Eriksson werd begin december door zijn landgenoten uit volle borst toegejuicht als winnaar van de wereldbekerwedstrijd in de heksenketel van Stockholm. Maar was dat wel terecht? Dat is de vraag waarmee de FEI zich momenteel moet bezighouden.

Laten we even alles op een rijtje zetten: Om te beginnen was er in de eerste omloop sprake van een overduidelijk foute beslissing van de jury. Tomas Eriksson reed van de verkeerde kant door een poort die hij nog niet had gehad. Een duidelijke overtreding van de regels, waarop volgens de regels de diskwalificatie van de Zweed had moeten staan. In de winning round leverde Eriksson een werkelijk adembenemende rit af met een fantastische tijd. Nog sneller was echter de Duitser Georg von Stein.

Maar hij kreeg twee afgeworpen balletjes bij zijn tijd opgeteld. Dat gebeurde echter volledig ten onrechte. Op de videoclip van de FEI waarop de rit van de Duitser wordt gedocumenteerd, valt duidelijk de verbazing te merken van de commentator op het moment dat de jury de officiële uitslag meedeelt. Één afgeworpen balletje werd dubbel geteld; goed te zien op de officiële tijdsweergave.

Meteen na het voorval wordt deze fout op het scorebord aangerekend en vervolgens wordt dezelfde fout nog een keer bij het eindresultaat opgeteld – dus dubbel geteld. Bij een correcte handgestopte tijd was een dergelijke fout de jury meteen opgevallen.

Reeds op de terugreis heeft het team Von Stein de beschikbare beelden nogmaals intensief bekeken. Meer dan één fout was er op de beelden en ook in de film van de FEI werkelijk niet te zien. Er was dus behoefte aan duidelijkheid in deze zaak. Per slot van rekening gaat het bij vaststellen van de einduitslag niet alleen om het toekennen van punten voor een eventuele deelname aan de finale in Bordeaux , maar ook om een niet onaanzienlijk verschil wat betreft het gewonnen prijsgeld.

Dat Tomas Eriksson vanwege het rijden door de verkeerde poort in de eerste omloop niet werd uitgesloten, was volgens de statuten van de FEI achteraf niet meer aanvechtbaar, omdat er sprake was van een – jammer genoeg – foutieve feitelijke beslissing van de jury; maar de verkeerde berekening van de tijden die zich daarna voordeed, kan zonder meer aanleiding geven tot een succesvol protest. Dit werd dan ook door Georg von Stein aangetekend bij de FEI. Een beslissing hieromtrent wordt in januari verwacht vóór de finale in Bordeaux.

Rudolf Temporini

Bron: Hoefnet.nl